Columns

Vragen

Op mijn racefietsje in Nieuwe Krim had ik het weer. Ik stap van de fiets en terwijl ik begin aan een vragende gedachte over het verschil tussen Google en God hoor ik het afleidende geklikklak van mijn racefietsschoentjes; gelukkig hoort en ziet niemand me terwijl ik naar een populier loop. Mijn gedachte neemt een zijsprong. Dit loopgeluid doet me denken aan paarden op hoefijzers die me doen denken aan mensen die het hele jaar op ski’s lopen. Paarden kunnen zich heel goed zelf dragen. Elk paardonderdeel is, in een lange evolutie, daarop ingesteld. Echter, langdurig op asfalt of straatstenen lopen, daartegen zijn de hoeven niet bestand, evenmin als oude kaas tegen een rasp. Sinds mensenheugenis worden paarden met stukken ijzer toegerust.

Blues

Het is gelukt, jazeker en wel vijf maal. Wat tan? Zult u zich met een verbaasde blik in de ogen afvragen. Nou ik kan u het volgende melden, mijn dochter Roos heeft ze. Wat tan denkt u al weer. Welnu kaarten voor de eerste “Drentse Blues Opera”. En nog wel voor de woensdag 3 augustus. Het weer is des middags prachtig. Warm zelfs, dus alle tijd om de tent op te zetten. Tja mijn vrouw en ik gaan zoals zij dat zegt op vakantie.

Dindoa

Ik ben 58 en mag dus met een zeker gezag spreken over vroeger. Maar wees niet bang, ik zal niet beweren dat het vroeger allemaal beter was dan nu. Integendeel. Aan vroeger bewaar ik niet de beste herinneringen uit mijn leven. Ik zal u vertellen waarom. De wereld waarin ik opgroeide was verzuild. Was verdeeld in groepen, die naast elkaar ongeveer dezelfde dingen deden, maar dan op basis van een andere overtuiging. Er werden dus andere accenten gelegd. In Sleen waren er slechts twee zuilen en dat maakte het ook wel weer overzichtelijk. Je had de christelijke zuil en de openbare zuil. Vanuit mijn opvoeding zat ik in de christelijke zuil. Daar kon ik verder ook niets aan doen en onbevooroordeeld als je als kind bent, had ik geen enkele moeite met vriendjes, die vanuit hun opvoeding in de andere zuil huisden.

Multi Functioneel Terrein

Een MFC. Velen spreken nog van het oude Gemeentehuis, maar dat heet al jaren het MFC, Multi Functioneel Centrum. Daarin is onder andere gehuisvest het TIP, Toeristisch informatiepunt, het voormalige VVV. Achter het MFC, de huisartsenpraktijk en Wilca’s salon ligt, tegen het kerkhof aan, het oude voetbalveld van de vv Sleen. Straks, als de dauw weer over de velden neerslaat, kun je door andere gras en bloembegroeiing nog precies de kalklijnen van het voormalige veld zien liggen.

Dikke stien

Hej hum ok al zien liggen? Die dikke stien op de krusing van de Bannerschultestraot met de Heirweg en de Schultestraot ? Vanof de meul jaag ej er op de kop tegenan aj niet oetkiekt. Ik denk niet dat die stien daor wat um gef, want ’t is een gruwelijk dik biest. Hie lag in de bodem van de Kroedhaarst,
achter ’t waterpompstation. Verleden jaor hef Bolderdiek zien ploeg er op stukkend jaagd en non lig e bij oes midden in Slien. Stienen komt mettertied an
de oppervlakte, wus Geert mij te vertellen. Zie gruit umhoog. Hoe kan’t hè ? Wetholder Geert Roeles hef hum met water deupt, samen met de baos van de
waterleiding. Zeker als startsein veur de anleg van al die neie waterleidingbuizen in Slien. Wij waren ’t water lest ok een mörgen kwiet.

Keetje

Hij is weer weg, de P.A.I.R.container aan de Vijverbrinkenweg. Alle actie en verhalen er omheen konden mijn eerste kennismaking ermee niet overtreffen. Half maart kwam ik om een uur of half negen 's avonds terugrijden naar huis. Het was bijna donker. Ik verheugde me op de aanblik van het warme licht in onze boerderij als ik op de Vijverbrinkenweg de bocht door zou zijn. Mijn blik werd echter getrokken door een ander licht. Links in het weiland, een verdieping hoog, een raam waarachter licht brandde. Er stond nota bene een containerwoning in het weiland en ook een auto.

Nieuwbouw

Eén van de mooiste dingen die je kan overkomen is dat er een nieuw huis tegenover je wordt gebouwd. Vanaf de dag dat er nog paardjes zwemles kregen tot de oplevering ontvouwt het hele bouwproces zich voor je ogen als indertijd een toneelstuk op de planken in Zaal Zwols. Wat me altijd heeft beziggehouden is de vraag hoe het dak vast wordt gemaakt aan de muren. Nu weet ik het: nauwelijks. De zwaartekracht moet het meeste werk doen, het dak drukt op de muren als Beatrix’ hoed op haar kapsel.

Meivakantie

Gezegend met een prachtige baan in het onderwijs geniet ik met volle teugen van mijn vakantie. De “Meivakantie” wel te verstaan. Prachtig weer zoals u inmiddels ook wel zult hebben ervaren. Wel droog, heel droog, maar ja “elk voordeel heb zo z’n nadeel”. Wel een heel bijzondere meivakantie.
Natuurlijk zoals altijd de geboortedag van wijlen ons Juultje, Koninginnedag dus. De Koningin bezoekt twee voor mij onbekende plaatsjes. Met een hoed die zoals altijd veel weg heeft van een te grote ufo of een karige verjaardagstaart, bekijkt zij in goed gezelschap de feestelijkheden.

Zes jaar christelijk onderwijs

Ik ben van ’53 en kom uit een gereformeerd nest. Halverwege de vorige eeuw betekende dat, dat sommige paden ontoegankelijk waren verklaard en andere voor je waren uitgestippeld. Ontoegankelijk was het pad naar werelds vermaak, zoals de kermis, en het pad naar het voetbalveld op zondagmiddag. Uitgestippeld waren de paden naar de kerk en het christelijk onderwijs. In Sleen was dat de School met den Bijbel. Toen nog een lagere school met zes klassen, waarin iedereen met hetzelfde bezig was, omdat individuele takenbriefjes en dyslexie nog niet bestonden.

Co

Wij hebben 2 honden. De ene is een Labrador retriever, de ander is Co. Eigenlijk is Co geen hond, zo denken wij, maar een kruising tussen een kat, een hond, een clico en een zwabber.
Ooit ging Annemarie naar het asiel om een hond op te halen. Bij de ingang koos een net binnengebracht slachtoffer haar uit en stonden beiden 5 minuten later weer op straat, met elkaar verbonden via een dun riempje. Toen ze thuis kwamen zij een grapjas, kijk, Annemarie & Co. Sindsdien heet de hond Co. In het begin was dat wel eens verwarrend, want als wij de hond riepen, dan kwam de buurvrouw, die ook zo heet. Eigenlijk heet ze Coba, maar iedereen zegt Co. Of buurvrouw natuurlijk.

'Krimp'

Zoals de verstokte VVD’er allergisch is voor het H-woord, je in de vorige eeuw tegen Duitsers het woord ‘Krieg’ niet moest gebruiken (YouTube bij Don’t mention the war – Fawlty Towers en lach mee…) zo werd in de in Noord-Sleen gehouden voorlichtingsbijeenkomst over toekomstige woningbouw in de gemeente Coevorden krampachtig om het woord ‘krimp’ gedraaid. Krimp betekent ontvolking. Krimp betekent leegstand, op den duur kaalslag, afbraak en sloop.

'Kopdoekies'

Onlangs weer eens les gegeven aan jongeren van het MBO. Normaal geef ik les aan de volwassenenopleiding. De les ging over communicatie. In één van de oefeningen ging het er om hoe je met elkaar zou moeten communiceren als je uit verschillende culturen afkomstig bent. Nou de leerlingen deden dynamisch mee zodra het onderwerp via een “slalom” kwam op de Asielzoekerscentra.

De Deel

Afgelopen zaterdagavond trad hij op in theater De Deel: Erwin de Vries. Een ras entertainer. Een Groningse jongen, die zijn eigen liedjes schrijft en zingt in het dialect van het Oldambt. Teksten gedestilleerd uit het dagelijks leven en uit zijn jeugd, gegoten in een muzikale mix van lekker in het gehoor liggende pop, rock met hier en daar wat jazzy noten en gevoelige ballads. Zelf op gitaar en verder uitstekend bijgestaan door een gitarist en een toetsenist. En dat alles aan elkaar gepraat met typische Erwin de Vries humor. Onbevangen, ad rem, direct, onverwacht. Erwin de Vries is modern entertainment in het Gronings. Een avondje lachen en luisteren.

'Totale verwarring'

In een vorige column heb ik al kenbaar gemaakt wat de motieven waren met betrekking tot de verhuizing van de tandartspraktijk naar de Koepen, naar de voormalige pastorie van de gereformeerde kerk. Inmiddels heeft die verhuizing plaats gevonden en heeft hierover een prachtig artikeltje op Sleen.nu gestaan met als titel: de tandarts gaat wisselen. Deze wisseling heeft echter ook bepaalde consequenties. Privé en praktijk zijn nu ontkoppeld. Althans dat dachten we. Het vorige praktijk adres, waar ik ben blijven wonen is Brink 18, Sleen. Het nieuwe adres, waar ik alleen praktijk heb is de Koepen 1, Sleen. Waarom de post met goed adres en postcode voor de Koepen, gewoon op de Brink bezorgd wordt, weet ik niet, maar snap ik een beetje.

'Recessie'

Zo. De kerstdagen hew weer had en ik moet zeggen dat Geert en ik er van geneuten hebt. Eerst al ies umdat alles zo mooi wit was. Net als vrogger. Geert
tikt mij altied votadaolijk over de vingers als ik dat zeg, want er bint maar acht witte kersten in een ieuw volgens hum, maar toch vun ik’t weer net als vrogger. Maar ik heb ok ontdekt dat er veul mensen bint die liever hebt dat’t vandaag nog begunt te warm waterregenen. Oes Albert is ok zo iene. Oes Albert is mien breur. Hef vrogger bij gemientewarken zeten en mus met dit weer altied met de sneischoef en zoltstreier op pad.

De Melkhut

In de tijd dat paard Foekje nog in een grazige weide bij Lute en Monica aan de Groningerweg stond, vlak naast Sigrid Smeenge, met wie Foekje nog heel lang een zeer speciale band onderhield, getuige het luide gehinnik als we er met de kar voorbij reden, waarbij Foekje soms zelfs de puberale aanvechting had om ongestuurd linksaf te slaan, een jaar of zes geleden, passeerde ik dagelijks een woonhuisloze tuin aan de Vijverbrinkenweg. Aan het hek bungelde een bordje met woorden als ‘welkom’ of ‘vrije toegang’.
Het was een fraaie tuin, een soort hof. Alsof iemand hier een privéplek had gecreëerd. Compleet met tuinschuurtje. Misschien de eerste Slener sheddist?

Spoken, horror en een roestvrijstalen schroefje

Ik sta weer eens het één of andere schroefje in mijn monumentale bolide vast te draaien. Voor de zoveelste keer. Maar ja monumenten vergen nu eenmaal onderhoud. Het is zo een rvs schroefje die te klein is en op een te moeilijke plek dient te worden vastgedraaid. Het metalen huftertje dreigt steeds uit mijn klamme handen te vallen als mijn mobieltje overgaat. Terwijl dat rotschroefje mij uit mijn elegante klauwen valt roep ik grommend de hogere goden aan. Neem dan toch maar mijn intelligente “bereikbaarheids dictator” op. Ik hoor aan de andere kant: “Moi Martin, met Roel Klasen” hebb’n ie ’t ok drok. Een krachtige vloek met moeite onderdrukkend, zeg ik met een ietwat raspende stem: “Nee hoor, Roel wat ister an de haand”.

Fabeltjeskrant

Afgelopen zaterdag was het de nacht van de nacht. Dit evenement wil de mensen erop wijzen, dat er ’s nachts op veel plaatsen te veel licht brandt en dat dat niet goed schijnt te zijn voor mensen, maar vooral ook niet voor dieren. Dagdieren gaan door deze lichtvervuiling te laat naar bed en nachtdieren raken volledig de weg kwijt, omdat het overtollige kunstlicht hun zicht nadelig beïnvloedt. In heel Nederland stonden gebouwen die normaal hel verlicht zijn een nacht in het donker, gingen lichtreclames niet aan en werd straatverlichting niet ontstoken. Sleen deed ook een duit in het zakje door de toren van de dorpskerk een nacht niet in de schijnwerpers te zetten.

Van Zuid-Westeind naar Noordeind

Heb je het gehoord? Aaldering heeft de Gereformeerde Kerk gekocht. Dat heet niet de Gereformeerde Kerk, maar de Ontmoetingskerk. Oh, dan heeft Aaldering de Ontmoetingskerk gekocht. Daar gaat hij wonen. In de kerk? Dat lijkt me sterk. Wat een ruimte; dan wordt het vast een atelier voor zijn vrouw. Of een oefenruimte voor zijn band. De laatste keer moesten ze namelijk bij Hidding repeteren omdat ze
nergens terecht konden. Maar het gaat helemaal niet over de kerk, maar over de oude parochie woning. Goh, mooi huis, maar daar woont de dominee toch nog?

“Openbaren, stinksigaren!”

Ej mugt er um mij van denken waj er van denken wilt, maar het wordt er in Slien en umgeving niet makkelijker op um te bepaolen waor men nou eigenlijk bij heurt. Bin ik nou gereformeerd, of orthodox, of katholiek, of jeuds of hielmaol niks, of… geré-reformeerd, of openbaar of…….nou ja, zeg’t maar ies.
Vrogger wus men waor men an toe was. Slien en umgeving was in twie kampen verdield, de “griffemeerden” en de “openbaren”. Dat was dudelijk. Er was ok
nog een klein groepie dat hen’t lokaol gung, maar die deden de kinder vaak hen de Christelijke schoel. Ej huufden je maar te steuren an ongeveer de helft van’t darp. Daor gungen ej met um, daor zaten ej bij op de zang , op voetballen of op schoel , daor deden ej de bosschuppen, daor luten ej het timmerwark deur opknappen en daor legden ej ’t met an aj verkering hebben wolden.