Columns

Had hij maar...

Soms is het lastig om een onderwerp te vinden voor een column. Zoveel gebeurt er niet in Sleen en wat er gebeurt, is niet zo maar geschikt om een column over te schrijven. Neem bijvoorbeeld de doorkomst van de Roparun op eerste pinksterdag georganiseerd door Sleen4live. Het verliep allemaal vlekkeloos; met een enthousiast publiek

Waorum Slien?

“Zul oes nei Börgenmister al in dat van Henderik Kien an de Vieverbrinken wonen?” vruug Geert mij kös.
“Nou, dat dunkt mij wal”, kun ik hum melden, “want het zöt er weer bewoond oet en er braandt ’s aovends ok weer locht.”
“Het eerste wat ik dee as ik hum was” opperde Geert, “Is die hoge heeg rond zien hoes umzagen.

Lintje

Nietsvermoedend toog ik tegen half twaalf in de ochtend van dinsdag de 26ste april met manlief naar Zaal Wielens in Noord-Sleen om de details van een feestje te bespreken. Ik schrok me wezenloos toen ik de zaal binnenliep. Er was al een feestje gaande, de zaal zat vol…
Toen ik beter keek, zag ik vele mensen die me dierbaar zijn en liep de burgemeester met zijn ambtsketen en een grote oranje corsage op me af.

Twaalf slagen van de klok

We leven in een rare wereld zei mijn schoonmoeder vroeger. Vroeger was in dit geval de jaren zeventig van de vorige eeuw. Ik denk aan die woorden en hoor de twaalf slagen van de klok.

Twaalf slagen van de klok. Acht zinnen en acht keer dezelfde reactie. Daarna de stilte.

Ik fiets door het dorp en zie op verschillende plekken vlaggen van blauw en geel.



Twaalf slagen van de klok. Acht zinnen en acht keer dezelfde reactie. Daarna de stilte.

Gewoon Doorgaan

Trouwe lezers van mijn columns zal het misschien opgevallen zijn dat ik de vorige keer verstek heb moeten laten gaan. En niet zonder reden.
Zomer 2021, ik zat te blaffen als een langharige teckel met kennelhoest. Zelfs na meerdere antibiotica kuurtjes liet die hoestende teckel in mij van zich horen. Half december afgelopen jaar heb ik dan toch maar een röntgenfoto laten maken.

Dagbesteding

Hoe was het ook al weer? We hadden wel instructies gehad, maar dat was al weer vier maanden geleden. Door corona waren er geen uitstapjes en dus was het geen routine geworden. Goed, eerst het raamwerk met gaas tegen marters onder de bus vandaan halen. Dan het stekkertje van de acculader los maken en het snoertje achter de klep van de vulpijp frommelen.

Gemienteraod

“Waor stemt wij op bij de gemienteraodsverkiezings” vruug Geert kös, terwiel e achter de computer allerlei portretten teveurschien toverde van kandidaten. Ja, daor vraog ij mij wat. Waor moew toch ies weer op stemmen?
“Dat lig er an waj wilt dat de raod veur mekaar kreg” opperde ik. “Lees ies wat ze almaol in’t zin hebt” De leesbril kwam er bij op en daornao bleef ’t een hiele zet stil.

Leefbaar (platte)land

Opeens was er een trendbreuk. De Drentse dorpen groeiden. Het thuiswerken bleek door de hoge brandstofprijzen en door corona een prima optie. Lange tijd werd geklaagd over krimp met doemscenario’s van uitgestorven, verpauperde en vervallen dorpen. Ondertussen is niet ‘krimp’ meer het thema, maar ‘leefbaarheid’.

Tijd

We zijn de tijd kwijt. Is u dat al opgevallen? Helemaal kwijt en het is al een poosje gaande. We kennen natuurlijk wel dat gezegde: Waar blijft de Tijd! Nou, dat is nu duidelijk, de tijd is er niet meer. Sinds wanneer dit zo is weet ik niet, maar zondagmiddag werd het duidelijk. Ik kreeg er zelfs een foto van toegestuurd. De foto van de tijd die weg is.

Klein tikje

In Slien woar ‘k sind geboren
Doar stiet hiel vast en stark
De oale Sliener toren
Veur d’oale Sliener kark
Dit zijn de eerste vier regels van het Slener volkslied. Ze zijn ooit in mijn hoofd terecht gekomen en daar blijven hangen. Verder ken ik de tekst niet. Dat was ook niet nodig voor het stukje dat we ooit van plan waren op te voeren op de bruiloft van een broer, zus, neef of nicht.

Geert in quarantaine

“Wat zal mij gebeuren” ruup Geert op twie januari, met de biljartkeu under de arm, op weg hen zien biljartmaoten. “Wij bint twie maol vaccineerd en vittien dagen leden ok al boosterd. Ik heb ’t niks in de reken met die coronabesmettings.”
En of ik nou al veurzichtig opperde dat zie wal met twaalf man waren in dat biljartkamertie van Albert, en dat dat eigenlijk acht man te veul was, Geert wuifde ’t vrolijk vort

Zonnewende

“Wij gaot de goeie tied weer in de muut”. Ik hoor het schoonmoeder weer zeggen, net als elk jaar na de kortste dag. ‘De goeie tied’. Alsof er in het ritme van de seizoenen ook een ‘slechte tied’ is. Alsof de snijdende wind, ijzige kou en waterige mist geen mooie keerzijde kennen van knusse houtkachels, kelders vol oogst, brandende kaarsen, rozige wangen en warme wijn.

Benzine mannetje

Het is vrijwel bij niemand bekend dat wij er zijn. We zijn er echt en dat wilde ik ook graag zo houden. Maar mijn vrouw drong er op aan om toch wat te reageren in deze bijzondere tijden.
We zijn dus samen: benzine mannetje en benzine vrouwtje. We kijken naar je als je door het dorp fietst of bij ‘t Veurhuus op het terras zit. We zien je naar de winkel rijden of, vanuit ons oogpunt bezien, de andere kant op.

Een jaarlijkse zoektocht

Hij is vertrokken, u weet wel de heilige Klaas. Dus een ieder begeeft zich met gezwinde spoed naar de kerstbomenboer. Het is belangrijk om zo snel als mogelijk de boom in de huiskamer te poten en de lichtjes op te hangen. Vooral ook al omdat na vijven er een serene rust in het land dient neder te dalen op last van de overheid. Het uitzoeken van de kerstspar is zeker geen kwestie van “ach doe maar een boompje”.

Pluumpietennis voor iedereen

Enige tijd geleden deed ik namens de badmintonclub, waar ik al heel lang een pluumpie sla, een oproep via SleenWeb in een poging nieuwe leden te werven. Onze club die onofficieel en slechts voor intern gebruik The Fucking Rabbits heet doet zijn naam bepaald geen eer aan, gezien het feit dat het ledental de afgelopen jaren in plaats van sterk toenam vooral drastisch terugliep.

November

En toen was ’t zomaar harfst. In goed een week tied wuur het blad broen, rood en geel, broesden de paddestoelen de grond oet en gung de temperatuur naor beneden. Geert en ik bint allebeide wal harfstmèensen. Wij mucht geern lange stukken lopen. Rondum Slien, of over de Klencke, of in de bos bij Noord-Slien. Mooi man, um dis tied van’t jaor. En wij bint niet de ienigen.

Halloween

De maanden van veel Nederlandse tradities breken aan. Mensen die mij een beetje kennen, weten dat ik van die gewoontes houd: kerstversiering, carbid schieten, maar ook het paasvuur en ‘neutie’ pikken, een Zuidenveldoptocht, volksfeesten en Koningsdag. Elk volk heeft wel honderden levendige volksgebruiken als onderdeel van de identiteit.

De vuilnisemmer

Al jaren staan er bij ons in de tuin twee van die zware, metalen vuilnisemmers.
Je gooide er vroeger alles in en één keer per week kwam de vuilniswagen de emmer legen. Nog niet zo lang geleden werd één van deze emmers bij ons in `oude glorie` hersteld toen de Plastic Hero zijn intrede deed en we plastic zaken moesten gebruiken voor het scheiden van dit afval.

Herfst en Klimaat

“Tis herfst de blaadjes vallen van de bomen”…….zo begon een liedje dat een oude schoolvriend in de jaren zeventig schreef. Vervolgens werd dit enthousiast ten gehore gebracht in de plaatselijke jeugdsoos al spelend op zijn gitaar. Als ik nu uit het raam kijk is het inmiddels alweer zover. Een gestage regen miezert al de hele dag en de komende week zal geen verbetering laten zien.

Loser

Dankzij Corona beschik ik tegenwoordig over een nieuwe fiets. Dat wil zeggen niet helemaal nieuw, maar zo goed als nieuw. Vorig jaar gekocht bij de Wielerdieler in Emmen. Een damesmodel, maar wat doet dat er toe. Voor mij is het een genderneutrale fiets, omdat mijn vrouw er ook gebruik van maakt. Nog geen jaar oud, eerste eigenaar, goed onderhouden, altijd binnen gestaan.