Mooi, mooier, mooist

Prachtige herfstfoto’s op SleenWeb. Favoriet? De drie keien die het laantje achter het kerkhof afsluiten, gefotografeerd vanaf het grasveld en vanaf het kerkhoflaantje zelf. Op de paardenkar met Jo filosofeer ik elke x weer waar ik het liefst als stokoud net lijk zou willen liggen. (Zo tegen de slootrand, weet ik: vrij zicht naar het oosten en beschutting tegen westenstormen). Jo geeft de voorkeur aan de warmte van cremeren.

Maar het allermooiste stukje Sleen ligt net buiten het dorp. Ik fiets richting Oosterhesselen. De zon duwt tegen de laag hangende nevel. Het is stil. Bij Kramer staat een retro Chevy te koop. Groothuis’ stabij stipstapt voor de sloot als een te groot fotobestand voor Outlook, Gerben Eising hoor ik zijn Engelse woorden hardop leren en bij Heling spelen de paarden met een voetbal: drie corners penalty.

Een paar percelen rechts voor De Klencke is een ruig weiland met rood- en zwartbonte pinken. De meeste koetjes liggen vreedzaam te herkauwen. Een enkeling schudt, vanwege een braamtakje tussen de kiezen of een ontstoken vijfde speen, moeilijk met d’r hoofd. Zon, nevel, liggende pinken. Zilveren duiven die doen vergeten dat verderop een ooievaar hoog huist. Krek een schilderij uit de Romantiek. Ik neurie spontaan (de <enige?> enigszins republikeins angehauchte) psalm 68 vers 7 en mijmer over vroeger en over de overbodigheid van fietssturen, handen wassen voor het plassen, mannentepels, waterschappen, schaamhaar, de buitenspelregel, amandelen, drijvers, het stuitbeentje, de Kamer van Koophandel, wordfeud en planking.

Ik matig mijn snelheid, en dat is, als je je stuur niet wilt aanraken, niet altijd eenvoudig. (Inmiddels kan ik het hele stuk naar school met losse handen fietsen, op die verrekte grintbocht op mijn erf na. Het allerlaatste stukje, op het schoolparkeerterrein, lukt natuurlijk nooit; remmen zonder stuur is bijna onmogelijk – of ik zou al bij de Hesseler tennisbaan zo langzaam moeten gaan uitvieren dat ik zo goed als stil sta bij de papierbak net voor de schooldeur, maar ja, dan wordt de bocht naar het schoolpad weer onneembaar. Je moet er wat voor over hebben om je twintig minuten 17 te voelen.

Klaas van der Meulen
 

Naar archief