Het Dorpsgerucht (hoofdstuk 3)

Het Dorpsgerucht (hoofdstuk 3)

Een verhaal in Corona tijd van, voor en door inwoners in Sleen. In gang gezet door Teun de Vries. Ja, wat een mens al niet gaat zoeken in deze tijd, waarin heel veel even niet kan, niet mag. Wat leuks, iets waar anderen misschien ook plezier aan kunnen beleven. Hoe dan precies het idee van Het Dorpsgerucht ontstaat, geen idee eigenlijk.

Het is een heel simpel idee: je begint met een verhaal en schrijft maximaal 5 regels. Dat stuur je via de mail naar een volgende dorpsgenoot met de vraag: vul 5 regels aan en stuur het naar iemand door. En zo ontstaat langzaam maar zeker een verhaal. Waar het over gaat, hoe lang het wordt? Geen idee, dat zal wel blijken!

Lees hieronder het derde hoofdstuk:

                                           HET DORPSGERUCHT

             Een verhaal in Corona tijd van, voor en door inwoners in Sleen

Hoofdstuk 3 (gewijzigd)

Ik laat in alle rust alles nog eens de revue passeren, neem daarvoor bewust de tijd, want die heb ik! En - heel eigenaardig - ik kom uiteindelijk weer bij de molen terecht. Een donkerbruin vermoeden overvalt me. Sodeju…de molen, de molen!

Het zal toch niet zo zijn, dat Meindert Mulder weer van ’t (wandel)padje af is! Die is een paar jaar geleden ook al eens vrijwillig in quarantaine gegaan, zat totaal geïsoleerd op de zolder van “De Hoop”. Dorpsbewoners zagen toen ook lichtsignalen achter de gewoonlijk donkere zolderraampjes.

Nee, dat kan niet waar zijn, te lang geleden!
Maar toch is het mij opgevallen dat de molenwieken tegenwoordig abnormaal hard rondgaan, ondanks dat er weinig wind is. Net of ze de bevolking van Sleen ergens voor willen waarschuwen!
Hoe langer ik er over nadenk hoe vreemder het wordt en hoe ongemakkelijker ik mij begin te voelen.
En dan ineens........... voelt het, of ik een klap van een molenwiek krijg.

Tja!? Geruchten gaan altijd erg snel; vooral in een onzekere tijd.
Misschien dat ze inderdaad lichtflitsen veroorzaken in een donkere nacht.
Maar dan nog.  Wat heeft het te betekenen?
Zou er dan toch één of andere boodschap in verborgen zitten?
Zou er iemand of iets zijn die ons wat nieuws, wat belangrijks wil vertellen?
Iets om over na te denken en om je er in te verdiepen?
Daar hebben we tenslotte nu wel genoeg tijd voor.

Ik neem plaats op het bankje voor mijn huis in de late avondzon en mijmer. Die lichtflitsen… de harde wind… allemaal waarnemingen van de laatste weken. Stille weken. Muisstille weken. De waarnemingen vallen op nu de scholen al zo lang dicht zijn en we geen koningsdag met klimara of bevrijdingsfeest mogen vieren. Hebben we er weer oog en oor voor? De natuur in al zijn lentepracht om ons heen. Leren we weer zien en waarderen wat er altijd al geweest is? Ik schrik op en daar staat mijn buurmeisje van 6 voor mij. Ze heeft mij gehoord. Ze opent haar mond en daar komen de woorden en zinnen naar buiten rollen.

“Buurvrouw buurvrouw, mama vertelde net dat een belangrijke meneer op tv heeft gezegd dat we volgende week weer naar school mogen, enne…. dat er een heleboel dingen gaan veranderen. Mama hoeft misschien wel nooit meer naar haar werk bij de krant, ze gaat nu thuis achter de naaimachine van allemaal gekleurde lapjes voor ons verkleedspulletjes maken heeft ze gezegd, enne…. die mogen we echt aan als we naar oma in de Schoel gaan!!”

Wat heerlijk om zo onbezorgd te zijn in deze gekke tijd. Want gek is het wel! In plaats van een vogeltje zit er een muisje in ons vogelhokje in de tuin. Zou hij/zij iets weten van het gerucht? Dat we misschien andere wegen moeten vinden voor de toekomst? Dat het “aardse” in iets “hogers” verandert en dat wij daar over na moeten denken?

Ik pak mijn fiets om een rondje te fietsen. Tijdens mijn rondjes kan ik meestal goed nadenken. Podagristen, 5G, lichtflitsen, Russische trollen, ‘iets hogers’: ik geloof er allemaal niet meer in! En dat het een complot zou zijn al helemáál niet. Verbeelding is het! Bovendien, de rust die wij in ons dorp ervaren, tref  je momenteel overal aan. Nee wij moeten het niet zoeken in allerlei vage beschouwingen, maar in iets concreets!

Zo is het concreet moeten we het zien te krijgen. Het antwoord ligt voor de hand althans voor diegenen die de afgelopen jaren het Sleense nieuws gevolgd hebben. En daarbij regelmatig de bieb hebben bezocht. Want ja, in de bieb aan de Westrupstraat ligt het antwoord. Daar kent men het sprookje van Mondkapje en de Boze Wolf. Het begon zo’n vier vijf jaar terug met het nachtelijk bezoek van de WOLF aan ons dorp. Maar nu Roodkapje door een kleurig mondkapje gemaakt door een moeder van één van de schoolkinderen onherkenbaar was geworden gaf dat aanleiding tot veel geruchten. ‘Lichtende ogen’, ’rondjes rond de kerk’, ‘podagristen’(Wat zijn dat?), ‘dwalende Pieterpadters’, of ‘dolende leden van de bibliotheek die steeds voor een gesloten deur staan’. Als de bieb weer open gaat dan zullen alle geruchten snel ontzenuwd kunnen worden. O, wat zullen we dan te horen krijgen.      

Je hoeft er niet voor naar binnen te gaan. Je hoort het grote kraken al van een afstand. De wind zwoegt tegen de vlaggenmast. Een akelig geluid. En als je om middernacht, in het pikdonker stilhoudt bij het pleintje voor de bieb, dan hoor je het gerucht zuchtend en steunend zijn boodschap verspreiden. Onzichtbaar....kruipend, sluipend en lekkend... knisperend als een veenbrand.....

Klik hier om het eerste hoofdstuk nog eens te lezen.
Klik hier om hoofdstuk 2 nog eens te lezen.

Naar archief