Van een Stompen Toren en een Tooversprookje

In de vroege ochtend van 1 november 1883 stapte schilder Vincent van Gogh bij zijn logementhouder Scholte uit Nieuw-Amsterdam op een open karretje richting Assen. Aan zijn broer Theo beschreef hij die dag die als een droom voorbijging.

Ze reden over de hei en langs korenvelden, ontwaarden plaggenhutten, huisjes en een ‘ouden stompen toren op een kerkhofje’. Vincent genoot van de stilte, een mysterie, een vrede…  Toen het dag werd, hoorde hij de hanen kraaien en tegen zessen kwamen ze in Zweeloo aan. ‘Het inrijden van het dorp was toch zoo mooi’, schreef hij.

Scholte reed door naar Assen. Van Gogh stapte af, in de hoop de Duitse schilder Liebermann te ontmoeten maar die was in de wintermaanden nooit in Zweeloo. De ietwat teleurgestelde Vincent genoot toch van het dorp: van de hoogst primitieve gevaartes van boerderijen en schaapskooien met heel lage muurtjes en enorme mosdaken en eiken er rond om heen, van het jonge groen van de korenveldjes, het zwart in de natte stammen, afstekende bij gouden regens van warrelende herfstbladeren.

Hij besloot via dezelfde weg lopend terug te keren en onderweg wat te tekenen. Hij maakte een schets van het appelboomgaardje en een tekening van het Zweeler kerkje met een herder en een koppel schapen. Hij liep verder door een zee van jong koren. In een herbergje tekende hij een “oud wijfje aan ’t Spinnewiel, donker silhouetje als uit een tooversprookje”. Hij at er een snee boerenmik en dronk er koffie. Door het raam zag hij een paar ganzen op ’t fijne groen en daarboven de lichte lucht. Zo vervolgde hij zijn tocht.

Onze voorouders zagen hem niet staan, waren druk met keihard werken, met overleven. In het Drenthe van nu maakt men Van Goghs aanwezigheid met trots zichtbaar en beleefbaar. We zuigen zijn woorden op, ontleden zijn schetsen en doen nog meer historisch onderzoek.

We wisten al dat de ‘ouden stompen toren’ de kerk van Sleen moet zijn, die door een brand in 1867 tot in 1923 geen spits meer had. Maar recent is men erachter gekomen dat het ‘herbergje met het oude wijfje aan ’t Spinnewiel’ het café tegenover de kerk in Sleen moet zijn geweest (nu groepsaccommodatie). Het spinstertje is waarschijnlijk weduwe Lammegien Van der Horst-Sanders (1806-1892) die tot op hoge leeftijd het logement aan De Brink dreef.

Dit zijn toch leuke weetjes, niet? Van Gogh heeft daadwerkelijk in Sleen getekend!! Maar waar is dat werk? Wie het weet mag het zeggen en wie het vindt mag het houden. Als in een tooversprookje.

Roelie Lubbers-Hilbrands

Naar archief