Loser

Dankzij Corona beschik ik tegenwoordig over een nieuwe fiets. Dat wil zeggen niet helemaal nieuw, maar zo goed als nieuw. Vorig jaar gekocht bij de Wielerdieler in Emmen. Een damesmodel, maar wat doet dat er toe. Voor mij is het een genderneutrale fiets, omdat mijn vrouw er ook gebruik van maakt. Nog geen jaar oud, eerste eigenaar, goed onderhouden, altijd binnen gestaan. Je weet hoe verkopers praten. Dat laatste geloof ik wel, want hij zag er uit alsof hij de eerste kilometers nog moest maken. Vorig zomer heb ik er heel wat op afgetrapt, omdat het weer zich daar toen uitstekend voor leende en je verder nauwelijks een kant op kon, maar deze zomer was het er nog niet van gekomen. Tot afgelopen dinsdag. Zonnetje, weinig wind: ideale fietsomstandigheden.

Zat het gevaar op een fietspad vorig jaar nog met enige regelmaat vóór mij, omdat bij het inhalen van langzamer fietsverkeer, ondanks herhaaldelijk bellen, de fietsers voor mij de hele breedte van het fietspad opeisten, dit jaar is dat nauwelijks nog het geval. Hoewel ik een redelijk wattage trap en mijn snelheid ruim boven de 20 km/uur ligt hoef ik nauwelijks nog in te halen en komt het gevaar nu vooral van achteren. En dan heb ik het niet over mannen op wielrennersfietsen die je individueel of in groepsverband onaangekondigd voorbij zoeven, maar over babyboomers en scholieren op een e-bike. Irritante weggebruikers die kaarsrecht op hun batterij zitten en een pedaalomwenteling hanteren die aanmerkelijk lager ligt dan de jouwe. Die je geruisloos besluipen en dan ineens (schrik) naast je zitten. Die even meewarig opzij kijken om te zien wat voor loser zich daar zo uitslooft op een gewone fiets, om vervolgens snel in de verte te verdwijnen. Het deed me denken aan die keren dat ik de brommobiel van mijn vader, die dienst deed als dorpsvervoermiddel, naar de garage in Emmen reed voor een onderhoudsbeurt. Zodra je het dorp uit was keek je alleen nog maar in de spiegels, omdat er misschien een moment kon komen dat je het voertuig uit lijfsbehoud maar beter in de berm kon sturen. Knipperende lichten achter je en blikken van medeweggebruikers die je wel van de weg af wilden kijken omdat je op hun weghelft reed. Met 45 km/uur op hun weghelft. Hun weghelft ja en die was dus niet van jou. Een loser was je in zo’n ding. Dat ding is helemaal niet van mij, riep ik dan en stak een middelvinger op. En dan nog, ook al was hij wel van mij.

‘Die mevrouw heeft hem ingeruild voor een e-bike’, zei de verkoper.

Harm Jan Geugies

Naar archief