Namen van dorpen en buurtschappen

De namen en herkomst van de namen van dorpen en buurtschappen in het werkgebied van Stichting Streekeigen Sleen

Wanneer we de namen van dorpen en buurtschappen in ons werkgebied bekijken (voormalige gemeente Sleen) zullen sommigen zich afvragen hoe men aan die naam komt of wat de betekenis er van is. Soms is het niet mogelijk een goed antwoord te geven, in andere gevallen is het gemakkelijker.

Enkele plaatsnamen zijn heel oud en hebben dan ook vaak een bepaalde relatie met de historie, of ook wel met geografische omstandigheden, zoals bos (loo), water (lee) stroom (diep) en dergelijke. Dit zien we ook wel bij oude veldnamen. De inwoners van de dorpen hadden en hebben ook vaak bijnamen, spot- of scheldnamen. Deze gaven vooral op marken en kermissen nog wel eens aanleiding tot vechtpartijen.

We zullen de plaatsnamen in de voormalige gemeente Sleen eens nader bekijken en voor zover ons bijnamen bekend zijn, zullen we die vermelden.

De naam Diphoorn komt van diep-horne, de hoek aan het diep, de stroom.

Sinds 1302 komt de naam Erm als Erme of Ermen in verschilende oorkonden voor. Aangenomen wordt wel, dat de naam verband houdt met het oud-saksische woord ‘harmo’, dat hermelijn of wezel betekent. De inwoners van Erm (ook van Achterste Erm) worden ook wel ‘kielegieskerelties’genoemd. Zouden de Ermer boeren vaak kielen hebben gedragen? Verder hebben ze ook de spotnaam ‘kladden’. Dat men wel praat over Koek-Erm zou dat komen doordat men hier graag koek lust?

Ermerveen is wel duidelijk, dit gehucht is ontstaan uit het veen dat bij Erm hoorde.

Voor het ontstaan van ’t Haantje zijn verschillende verklaringen. De meest aannemelijke veronderstelling lijkt de volgende: Er was daar voor een huis een palmbos, die geknipt was in de vorm van een haan. Wanneer de schippers in het Oranjekanaal deze ‘haan’ in het zicht kregen zeiden ze: Daor hew ’t Haantie al weer.

Holsloot en Den Hool duiden op lager gelegen plaatsen. “Hol”of ‘hool’ betekent namelijk laag.

De Haar is afkomstig van een ‘haar’, wat de benaming is van een hooggelegen plek in het veld of veen.

De naam Kibbelveen dateert al van de tijd voordat hier mensen woonden. Een oud spreekwoord zegt: Maandegoed is schaandegoed, waarmee men zeggen wil, dat gemeenschappelijk goed vaak aanleiding geeft tot ruzie. De boeren van Noord-Sleen groeven hier vroeger hun turf voor eigen gebruik in het gemeenschappelijke veen. Over die veenputten zal vaak gekibbeld zijn, vandaar de benaming Kibbelveen, die ook gehandhaafd is toen hier bewoning kwam.

Noord-Sleen, ten noorden van (Zuid-)Sleen herinnert aan de oude schrijfwijze: Slene. Deze benaming voor Sleen treffen we aan in een Akte van 1160, als meervoudsvorm van slee. Een slee is een kleine, wilde steenvrucht van de sleedoorn. De sleedoorn kwam hier veel voor. De naam Sleen wordt ook wel verklaard als een vorm van ‘slad’, dat een plas in het heideveld betekent. Ook wel uit het woord slade, dat dal betekent. De inwoners van Sleen sieren zich met de bijnaam ‘bonnen’ of ‘bonneneters’. Sleen wordt namelijk het bonenland genoemd. Die van Noord-Sleen wonen in het ‘bokkenlaand’ zij zullen wel bokken worden genoemd.

De Schimmelarij was oorspronkelijk een huisnaam van het geslacht Schimmel, de nederzetting is ontstaan in het einde van de 19e eeuw. Het wordt vanaf 1865 op diverse kaarten ook vermeld als Schimmelderij.

Contact

Stichting Streekeigen Sleen
Stichting Streekeigen Sleen Wolfgarenweg 8 7846 TH  Noord-Sleen
T. 0591-362561 E. secretaris@streekeigensleen.nl I. http://www.streekeigensleen.nl

De Stichting is opgericht op 26 januari 1989 en bestaat uit een bestuur en een viertal werkgroepen. De stichting is lid van de Drentse Historische Vereniging en is sinds september 2005 gehuisvest in het Multifunctioneel Centrum De Brink in Sleen.